Benodigdheden
- wit papier op A4 formaat
- viltstiften
- zwarte fineliner
Elk land heeft zo zijn eigen specifieke dingen: een volkslied, een vlag, een taal, iets eetbaars, een bepaald gebouw, een evenement. Waaraan denk je bv. als je aan Nederland denkt? Natuurlijk zullen er de nodige stereotypen naar voren komen, zoals klompen - waar we in Nederland al lang niet meer op lopen! Toch is de klomp iets wat nog steeds specifiek is voor Nederland.
Bespreek met de leerlingen ook enkele voorbeelden van andere landen en welke dingen je daarbij zou kunnen tekenen.
In deze les maken de leerlingen een vaantje. Een vaantje is een kleine vlag die kinderen zullen kennen van voetbalclubs. In het vaantje moeten vier kenmerkende dingen van een bepaald land te herkennen zijn, zodat een ander direct weet bij welk land het vaantje hoort.
Hierna bedenken de leerlingen zelf welk land ze kiezen. In de tafelgroepjes helpen ze elkaar met het bedenken van de vier kenmerken voor hun land.
Vaantjes zijn er in verschillende vormen. Laat een aantal vormen via het digibord zien. Als je wilt dat de vaantjes ook echt aan een touwtje worden opgehangen, moet de bovenkant recht zijn. Het vaantje moet symmetrisch zijn. Om lelijke vouwen in het werk te vermijden, is het beter dat de leerlingen hun vel eerst met dunne lijntjes in vieren verdelen. Daarna tekenen ze pas het vaantje. Denk eraan dat het symmetrisch moet zijn! Tot slot komen de tekeningen in de vier vakken en deze worden ingekleurd met viltstift.
Bespreek met de leerlingen ook enkele voorbeelden van andere landen en welke dingen je daarbij zou kunnen tekenen.
In deze les maken de leerlingen een vaantje. Een vaantje is een kleine vlag die kinderen zullen kennen van voetbalclubs. In het vaantje moeten vier kenmerkende dingen van een bepaald land te herkennen zijn, zodat een ander direct weet bij welk land het vaantje hoort.
Hierna bedenken de leerlingen zelf welk land ze kiezen. In de tafelgroepjes helpen ze elkaar met het bedenken van de vier kenmerken voor hun land.
Vaantjes zijn er in verschillende vormen. Laat een aantal vormen via het digibord zien. Als je wilt dat de vaantjes ook echt aan een touwtje worden opgehangen, moet de bovenkant recht zijn. Het vaantje moet symmetrisch zijn. Om lelijke vouwen in het werk te vermijden, is het beter dat de leerlingen hun vel eerst met dunne lijntjes in vieren verdelen. Daarna tekenen ze pas het vaantje. Denk eraan dat het symmetrisch moet zijn! Tot slot komen de tekeningen in de vier vakken en deze worden ingekleurd met viltstift.
Geen opmerkingen:
Een reactie posten